In de raadsvergadering van 9 februari 1920 werd Gart van den Hul (1886-1963) aangesteld als tweede nachtwacht. Tot 1 januari 1924 deed hij samen dienst met de heer Wissink. Van den Hul deed zes nachten per week dienst. Daarvoor kreeg hij een weeksalaris van twintig gulden. In de twintiger jaren werden in veel gemeenten de nachtwachten afgeschaft en vervangen door politiemensen. In Elburg bleven de nachtwachten nog in functie. Tijdens de oorlogsjaren gold een avondklok. Na 20.00 uur mochten mensen in principe niet meer buiten komen.
De Elburger vissers mochten hun (nachtelijke) werk wel doen. En ook de nachtwaker Gerrit van den Hul mocht zich tijdens de nachtelijke uren op straat begeven. Daartoe had hij op 4 juli 1942 een speciaal paspoort van burgemeester Van Lynden ontvangen. Gerrit van den Hul was getrouwd met Grietje van Putten (1885-1965). Het echtpaar woonde vele jaren in het boerderijtje Klein Altena aan de Zuiderzeestraatweg. Het in 1771 gebouwde huis behoorde bij het landgoed Old Putten van de familie Rambonnet.
Collectie Willem van Norel