Stijntje van den Bosch-Lokhorst (1932)

Stijntje van den Bosch-Lokhorst (1932) woonde tijdens de oorlog met haar ouders in de boerderij aan de Grevenweg 15. Haar ouders Jacob lokhorst en Hendrikje Lokhorst-van den Berg, boden onderdak aan Dirk Postma. Maar de familie Lokhorst, met hun drie dochters Stijntje (1932), Eipie (1936) en Dien (1938), lieten in de winter van 1944-1945 ook langskomende trekkers uit het westen niet in de kou staan. Toch was er een keer een moment dat moeder Lokhorst even geen mensen over de vloer wilde. Dat was op 17 februari 1945, de verjaardag van jongste dochter Dien.

Maar in de late middag kwam er een vrouw de dam oplopen. Ze duwde een karretje voort, waarin een huilend jongetje van ongeveer 8 jaar oud zat. Moeder Lokhorst gaf aan dat er geen plek was, waarop die vrouw vreselijk begon te huilen. Het bleek dat  ze helemaal vanuit Rotterdam was komen lopen. Het kleine jongetje had stukgelopen voetjes die onder het bloed zaten. Moeder Lokhorst kon deze moeder met haar kind niet afwijzen. Ze heeft de vrouw en haar zoontje te eten gegeven, de voetjes van het jongetje verzorgd en een slaapplek op de hilde gegeven. De volgende dag zijn ze verder getrokken.

Na de oorlog kwam bij de familie Lokhorst een vrouw, die een horloge wilde afgeven als dank voor de geboden hulp. Moeder Lokhorst wilde dat cadeau niet aannemen. Toen de vrouw weg was, bleek ze het horloge toch (verstopt) op tafel achtergelaten te hebben. Dochter Stijntje Lokhorst is nog snel met het horloge tot bijna in Hulshorst gefietst om de vrouw te achterhalen, maar ze was inmiddels verdwenen. De vraag is altijd gebleven of het wellicht die vrouw uit Rotterdam is geweest, die als dank een geschenk heeft willen brengen? De familie Lokhorst stuurde overigens nooit hongerende mensen weg. Dat konden ze niet over hun hart krijgen.