Familie Van Leeuwen

Op 20 juli 1944 werd er een inval gedaan bij wasserij Het Vertrouwen van de familie Van Leeuwen aan de Nieuweweg 1 (nu Oude Bleeksweg). De Duitsers waren op zoek naar Joden die ontvlucht waren na een razzia in Oosterwolde. Deze razzia had op 6 juli plaatsgevonden. Er was ter hoogte van de Kamperveense melkfabriek een schietincident geweest. De Duitsers wisten inmiddels dat de bestelauto van de wasserij van de familie Van Leeuwen daarbij Joden hebben vervoerd. De familie Van Leeuwen kon echter aantonen dat de bestelauto op die bewuste dag bij garage Zoet aan de haven had gestaan. Bij de huiszoeking vonden de Duitsers echter een verboden radio. En dat was een strafbaar feit. Vier personen werden vervolgens gearresteerd. Lulof van Leeuwen, zijn zoons Gerrit en Hennie en Han Rambonnet. Bij de arrestatie van de vier mannen viel het optreden van Trijntje van Leeuwen-Scholten op. Toen de Duitsers haar toeriepen Handen omhoog, gaf ze als reactie: Alleen voor de Koningin!

       
Familie Van Leeuwen 
In 1925 was Lulof van Leeuwen (1893-1962) met zijn gezin vanuit Heerde naar Elburg verhuisd. Op de plek waar voorheen de twijgschillerij en mandenmakerij van Jan Janssen was, begon Van Leeuwen een wasserij. Lulof van Leeuwen was op 18 december 1919 getrouwd met Trijntje Geertruida Scholten (1895-1973). Het gezin Van Leeuwen bestond uit vier kinderen: Gerrit (1920), Hendrik (Hennie) (1922), Lulof (1924) en Arendina (1927). Met name door het optreden van Hennie van Leeuwen raakte de wasserij tijdens de oorlog betrokken bij verzetsactiviteiten. De bestelauto werd diverse keren gebruikt om onderduikers te vervoeren. Soms werden door de Engelsen gedropte wapens verstopt onder het wasgoed. De wasserij leek echter een weinig verdachte plek doordat het bedrijf ook wasgoed voor de Duitse Weermacht reinigde.

Zwolle en Ommen
De vier arrestanten werden op 20 juli 1944 eerst gevangen gezet in het Elburgs gemeentehuis aan de Van Kinsbergenstraat. De volgende dag werd Lulof van Leeuwen overgebracht naar de Koepelgevangenis in Arnhem. Gerrit en Hennie van Leeuwen en Han Rambonnet kwamen via Zwolle in Kamp Erika bij Ommen terecht. Daar werden ze aan het werk gezet. Het drietal moest onder andere poeptonnen legen en afvoeren. Vies en zeer onhygiënisch werk. Er heerste in het strafkamp tyfus en dysenterie. Kamp Erika diende onder andere als opvoedingskamp voor landlopers en bedelaars. De kampleiding was berucht vanwege de wreedheid waarmee de gevangenen werden behandeld. Vanuit Kamp Erica heeft Gerrit van Leeuwen (1920-1994) een bewogen brief geschreven aan zijn verloofde, Jo Zwart (1921-1956), met wie hij in 1946 is getrouwd. Doordat de Duitsers wilden dat de wasserij bleef functioneren, werd Hennie van Leeuwen na een kleine week terug naar Elburg gestuurd om daar leiding te geven in het bedrijf. In de wasserij werd ook Duitse legerkleding gewassen. Waarom juist Hennie van Leeuwen terug gestuurd werd, bleef raadselachtig. Wilden ze hem extra in de gaten houden omdat men aanwijzingen had dat hij in het verzet zat? Het was voor Hennie in ieder geval reden om zich de eerstvolgende maanden rustig te houden voor wat betreft zijn verzetsactiviteiten.

       
Kamp Amersfoort
Gerrit van Leeuwen en Han Rambonnet werden op 24 juli 1944 vanuit Ommen naar het Polizeiliches Durchgangslager Amersfoort gestuurd. Op dezelfde dag werd ook Lulof van Leeuwen vanuit Arnhem naar Kamp Amersfoort overgebracht. Ze hadden in Amersfoort een slechte tijd. Gerrit van Leeuwen werd gemarteld. Hij werd na een week opgenomen in de ziekenbarak wegens maagklachten. Op 8 augustus 1944 werd Gerrit van Leeuwen ontslagen uit het strafkamp. Daarmee ontkwam hij aan mogelijke dwangarbeid in Duitsland. Na enige tijd bleek dat zijn milt door de martelingen kapot te zijn. Een operatie in Utrecht bleek noodzakelijk om de milt te verwijderen. Lulof van Leeuwen bleef in Kamp Amersfoort achter, in afwachting van een gepland transport naar Duitsland, op 19 september 1944. De bedoeling was dat Van Leeuwen in Witten (Westfalen) als dwangarbeider zou worden ingezet. Door de slag om Arnhem en vanwege de Spoorwegstaking kon het transport niet doorgaan. Het kamp liep vol. Dat was de reden dat Lulof van Leeuwen en anderen werden vrijgelaten op 19 september 1944. Per fiets kwam Van Leeuwen weer in Elburg terug. Han Rambonnet was intussen ook uit Amersfoort ontslagen. Na een zware en spannende tijd vanaf 20 juli 1944 waren de vier mannen uiteindelijk weer op vrije voeten.

 

KAMPLEVEN
Bij binnenkomst in Kamp Amersfoort moesten de gevangenen hun persoonlijke bezittingen inleveren. Ze kregen kampkleding met klompen en het daarbij behorende kampnummer. Het kampnummer van Gerrit van Leeuwen was 3224, dat van zijn vader Lulof  3421. Vanaf dat moment waren zij hun naam kwijt en waren ze gedegradeerd tot Häftling (gevangene). De gevangenen verloren hun identiteit en werden vanaf dat moment aangesproken met hun nummer. Hun nummer moesten ze ook gebruiken als ze zich moesten melden bij de kampleiding.

Gevangenen mochten een keer per maand een brief naar huis schrijven en een keer per maand een brief van thuis ontvangen. Ook was het toegestaan om een postwissel van maximaal 20 gulden van thuis te ontvangen. Met de ontvangen postwissel, die op de kampadministratie werd bijgeschreven en werd omgezet in kampgeld, kon men onder andere wat extra voedsel in de vorm van bijvoorbeeld vieze meelkoeken kopen. Ook moesten de gevangenen betalen voor kwijtgeraakte (gestolen) spullen zoals hun muts, mok of lepel. Indien een gevangene last had van kiespijn, dan werd hij overgebracht naar de tandarts. Voor deze behandeling moest uiteraard betaald te worden. Als een gevangene op transport werd gesteld of werd vrijgelaten, kreeg hij/zij zijn persoonlijke bezittingen weer terug. Dit werd allemaal zeer nauwkeurig bijgehouden.